Londen. De stad van de Big Ben King’s Cross, rode telefooncellen….Boeiend! Weet je hoeveel voetbalclubs hier vandaan komen?! Vergeet de regenachtige dagen en overvolle metrostations, want wij zijn hier voor het echte werk: het voetbal. Londen heeft niet alleen de meeste Premier League-clubs van welke stad dan ook, maar ook een rijke voetbalgeschiedenis die je van oost naar west door de hele stad voert. Benieuwd welke clubs je niet mag missen? Zet je voetbalschoenen maar vast klaar, want we gaan op pad.
1. Arsenal FC
Arsenal is een van de bekendste clubs van Engeland. Opgericht in 1886 en uitgegroeid tot een club met een rijke geschiedenis. Ze spelen in het Emirates Stadium, een modern stadion met plek voor 60.000 fans. Mooi, maar voor veel supporters kan het niet tippen aan het oude Highbury, waar de club vroeger speelde.
Arsenal won 13 landstitels en schreef geschiedenis in 2003-2004 met The Invincibles. Dat team bleef het hele seizoen ongeslagen – iets wat geen andere club in de Premier League ooit heeft gedaan. De man achter dat succes? Arsène Wenger. Hij veranderde de club met een nieuwe speelstijl: aanvallend, technisch en met veel aandacht voor jonge talenten.
Nederlanders hebben ook een grote rol gespeeld bij Arsenal. Dennis Bergkamp wordt gezien als een van de beste spelers ooit bij de club. Robin van Persie groeide later uit tot een van de topschutters. Quincy Owusu-Abeyie, ooit een groot talent, brak uiteindelijk niet door, maar maakte indruk met zijn snelheid en techniek. En tegenwoordig? Jurriën Timber draagt het Arsenal-shirt, al moest hij zijn eerste seizoen grotendeels missen door een zware blessure.
Maar dé naam die onlosmakelijk met Arsenal verbonden blijft, is Thierry Henry. De Franse spits was niet alleen de beste speler in de clubgeschiedenis, maar ook een van de beste ooit in de Premier League. Zijn snelheid, techniek en doelgerichtheid maakten hem een nachtmerrie voor verdedigers. Of het nu een weergaloze solo tegen Spurs was of een fabelachtige volley tegen Manchester United – Henry maakte voetbal kunst.
Wil je een wedstrijd in Londen bezoeken? Arsenal is altijd een goede keuze. Groot, historisch en als ze goed spelen, heerlijk om naar te kijken. Het Emirates Stadium ligt in Noord-Londen en is makkelijk te bereiken met de metro: neem de Piccadilly Line naar Arsenal Station en je staat binnen een paar minuten bij het stadion.

2. Chelsea FC
Chelsea FC, opgericht in 1905, is een van de meest succesvolle clubs uit West-Londen. De club speelt haar thuiswedstrijden op Stamford Bridge, een stadion met ruim 40.000 plekken, gelegen in een van de meest chique buurten van de stad. Het stadion is niet gigantisch, maar door de compacte ligging dicht op het veld is de sfeer vaak ongeëvenaard. Ooit werd Chelsea gezien als een club voor de elite, maar sinds de jaren 2000 is dat beeld veranderd. Met een ongekende prijzenregen heeft de club zich definitief gevestigd als een van de grootste clubs van Engeland.
De man die Chelsea écht op de kaart zette? José Mourinho. In 2004, net na de overname door de steenrijke Rus Roman Abramovich, werd hij aangesteld als manager en noemde zichzelf “The Special One”. Hij had gelijk. Onder zijn leiding werd Chelsea een machine, gedreven door Abramovich’ miljoenen. Sindsdien volgden de successen elkaar in rap tempo op. Grote namen als Didier Drogba, Frank Lampard, John Terry en Eden Hazard maakten Chelsea tot een club die in binnen- en buitenland gevreesd werd.
En de Nederlandse connectie? Ruud Gullit stond in de jaren ’90 aan het roer als speler-manager en haalde een Europese prijs binnen, iets wat toen nog geen vanzelfsprekendheid was voor Chelsea. En dan is er nog Winston Bogarde, die begin deze eeuw een legendarisch luie periode had bij Chelsea. Vier jaar lang zat hij zijn dikke contract uit zonder ooit een serieuze rol te spelen. De club wilde van hem af, hij had daar nul interesse in. If you know, you know. En zegt de naam Mario Melchiot je nog iets? Hij heeft er ook een paar jaar de rechtsbackpositie ingenomen. Dat deed hij overigens ook voor deze club uit Birmingham.
Vergeet tot slot Juan Mata ook niet. Een clubheld die voor Valencia heeft gespeeld. Valencia? Ook die hebben enkele wereldberoemde voetbalclubs.
Stamford Bridge ligt in Fulham, in het westen van Londen. De makkelijkste manier om er te komen is met de metro (District Line) naar Fulham Broadway Station. Vanaf daar is het nog maar 5 minuten lopen naar het stadion.

3. Tottenham Hotspur FC
Tottenham Hotspur FC, oftewel Spurs, is een club met een rijke geschiedenis die teruggaat tot 1882. Net als die vervelende buren van Arsenal spelen ze in Noord-Londen, maar in een stadion dat nóg groter en moderner is. Sinds 2019 spelen ze in het Tottenham Hotspur Stadium, een hypermodern complex met 62.000 zitplaatsen, een intrekbare grasmat en zelfs een tapinstallatie die het snelste biertjes van Europa tapt. Alles wat je van een topclub mag verwachten. Het is het grootste voetbalstadion van Londen en behoort ook tot de grootste stadions van Engeland.
Behalve prijzen, want daar gaat het bij Spurs nog wel eens mis. Ze worden niet voor niets “bottlers” genoemd – vaak dichtbij succes, maar op het beslissende moment glipt het tussen de vingers door. De laatste keer dat Tottenham landskampioen werd? 1961. Toch blijft hun aanhang fanatiek. De club heeft van oudsher een sterke Joodse identiteit, en hun supporters noemen zichzelf dan ook de “Yids”. Hierdoor is er een warme band met Ajax-fans, al zal dat na de halve finale van de Champions League 2019 een stuk minder voelen. Lucas Moura en zijn hattrick in de Johan Cruijff Arena? Ajacieden hebben er nog nachtmerries van.
José Mourinho stond hier ook even aan het roer, net als bij Chelsea, maar de echte clubiconen zijn spelers als Harry Kane en Son Heung-min. In de jaren daarvoor waren Jermain Defoe en Robbie Keane de spitsen die het verschil moesten maken. En de Nederlanders? Rafael van der Vaart had een magische periode bij Spurs, met prachtige goals en een sterke haat voor Arsenal. Edgar Davids, met zijn iconische bril, was in de nadagen van zijn carrière een opvallende verschijning in Noord-Londen. En wist je dat Luka Modric bij Spurs speelde vóór hij naar Real Madrid ging? Hij vormde destijds een ijzersterk middenveld met Van der Vaart.
Over Real Madrid gesproken: heb je onze lijst met Madrileense voetbalclubs al gezien?
Het Tottenham Hotspur Stadium ligt in Noord-Londen en is het makkelijkst te bereiken via de Victoria Line naar Seven Sisters Station. Vanaf daar kun je een bus of trein nemen naar White Hart Lane Station, op 5 minuten lopen van het stadion.

4. West Ham United FC
West Ham United FC, opgericht in 1895, is een club met een pure, ongepolijste uitstraling die perfect past bij de arbeidersklassewijk Oost-Londen, waar de club haar wortels heeft. The Hammers, zoals ze zichzelf noemen, spelen tegenwoordig in het London Stadium, een voormalig Olympisch stadion dat is omgebouwd tot een voetbaltempel voor meer dan 60.000 fans. Klinkt indrukwekkend, maar vraag een echte West Ham-supporter naar hun échte thuis, en je krijgt maar één antwoord: Upton Park. Het oude stadion was klein, intimiderend en zat vol karakter – iets wat de club sindsdien een beetje mist.
West Ham staat bekend om hun harde werkersmentaliteit en een trouwe achterban die ongeacht de prestaties achter hun club blijft staan. En ja, de prijzenkast is misschien niet zo indrukwekkend als die van de Londense concurrenten, maar West Ham heeft wel degelijk een paar grote successen geboekt. Ze wonnen de FA Cup drie keer (1964, 1975 en 1980) en pakten in 1965 de Europacup II (European Cup Winners’ Cup).
Wat West Ham écht bijzonder maakt, is hun jeugdopleiding: de “Academy of Football”. Hier zijn clubiconen als Bobby Moore (de enige Engelse aanvoerder die een WK won), Frank Lampard sr., en later Frank Lampard jr. groot geworden.
En de Nederlanders? Nou, de lijst is niet heel indrukwekkend, maar er zijn er een paar geweest. Raimond van der Gouw, Jeroen Boere, Marco Boogers (ja, die), en Raymond Atteveld hebben hier gespeeld. Geen van hen heeft West Ham legendarische status bezorgd, maar hé, ze hebben het shirt wel gedragen. En laten we Marco Arnautovic niet vergeten. Geen Nederlander, maar hij spreekt het wel, dus dat telt voor iets.
Oh, en als je houdt van technische flair: Dimitri Payet. Eén van de meest magische spelers die West Ham ooit had. Zijn vrije trappen waren wereldklasse, en als je denkt dat hij verdwenen is: nee hoor, hij speelt gewoon ergens anders. Maar ja, zonder claret-and-blue shirt is het toch minder speciaal.
Het London Stadium ligt in Stratford, Oost-Londen, en is het makkelijkst te bereiken met de Central Line of Jubilee Line naar Stratford Station. Vanaf daar is het 10 minuten lopen naar het stadion.

5. Crystal Palace FC
Crystal Palace FC, opgericht in 1905, is de club die het hart van Zuid-Londen vertegenwoordigt. Ze spelen in Selhurst Park, een compact stadion met iets meer dan 25.000 plekken. Niet groot, maar wél berucht om de sfeer. De Holmesdale Fanatics, een van de meest luidruchtige supportersgroepen van Engeland, zorgen ervoor dat Palace thuis altijd een taaie tegenstander is – ongeacht de resultaten op het veld.
Palace is een club die leeft op vechtlust. Ondanks een laag budget, meerdere degradaties en financiële drama’s, weten ze zich steeds weer op te richten. Ze strijden elk seizoen tegen degradatie, maar hier komt het bizarre: sinds hun terugkeer in de Premier League in 2014, zijn ze nog nooit lager dan plek 15 geëindigd. Als er één club is die weet hoe je een eindsprint moet inzetten, is het Crystal Palace.
Wat spelers betreft, is Wilfried Zaha hét gezicht van het moderne Palace. Samen met Yannick Bolasie terroriseerde hij jarenlang verdedigingen. En de Nederlanders? Patrick van Aanholt was jaren een vaste waarde op linksback, terwijl Jairo Riedewald nog steeds onderdeel is van de selectie. Oh, en Frank de Boer? Die was hier ook even trainer. Heel even. 77 dagen, om precies te zijn. Het kortste Premier League-avontuur van een Nederlandse coach ooit.
Selhurst Park ligt buiten de standaard toeristische routes, maar is prima te bereiken met de trein vanaf London Victoria naar Selhurst Station. Vanaf daar is het nog 10 minuten lopen naar het stadion.

6. Fulham FC
Fulham FC, opgericht in 1879, is de oudste profclub van Londen en speelt op een van de mooiste locaties van de stad: Craven Cottage, pal aan de oevers van de Theems. Dit stadion, met zijn ouderwetse houten zitplaatsen en dat iconische huisje in de hoek van het veld, is pure voetbalnostalgie. Het biedt plaats aan 19.000 fans en ademt een charme die je nergens anders vindt. Maar let op waar je gaat zitten: pak de verkeerde plek, en je kijkt de hele wedstrijd tegen een pilaar aan.
Fulham is de liftclub van Engeland. Soms Premier League, soms Championship – het lijkt alsof ze niet kunnen kiezen waar ze thuishoren. De laatste jaren proberen ze definitief in de Premier League te blijven, met wisselend succes.
De club heeft door de jaren heen een paar grote namen gehad. Clint Dempsey was een publiekslieveling, en Dimitar Berbatov liet hier zijn typische nonchalante klasse zien. En dan de Nederlanders! Edwin van der Sar keepte hier voordat hij naar Manchester United vertrok. Kenny Tete is de vaste rechtsback van Fulham. En dan hebben we nog Calvin Bassey… De man die bij Ajax niet bepaald indruk maakte. Ajacieden krijgen nog steeds rillingen als ze terugdenken aan zijn verdedigende blunders.
Craven Cottage is een van de makkelijkst bereikbare stadions in Londen. Neem de District Line naar Putney Bridge Station, en vanaf daar is het nog 10 minuten lopen langs de Theems.

7. Brentford FC
Brentford FC, opgericht in 1889, is misschien niet de grootste naam in Londen, maar de club uit West-Londen heeft zich in korte tijd opgewerkt tot een stabiele Premier League-club. Ze spelen in het moderne Gtech Community Stadium, met plek voor 17.000 supporters. Dit stadion verving het legendarische Griffin Park, dat vooral bekend stond om één prachtig detail: bij elke hoek stond een pub. Ideaal voor een middagje voetbal mét een pint in de hand.
Brentford is geen traditionele topclub, maar hun innovatieve en data-driven scouting maakt ze een van de slimste ploegen van Engeland. Ze vissen talent op uit onbekende competities en verkopen ze later voor een fortuin. Promotie naar de Premier League in 2021 was een van hun grootste successen, en sindsdien laten ze zien dat ze meer zijn dan een eendagsvlieg.
Eén probleem: Ivan Toney, hun sterspits, heeft inmiddels voor een shitload aan geld de overstap naar Saoedi-Arabië gemaakt. Dat betekent dat Bryan Mbeumo nu de grootste blikvanger is. Nederlandse connecties? Florian Jozefzoon speelde hier, net als Pim Balkestein – geen zorgen, wij moesten ook even Googlen. En voor de Feyenoord-fans: Kamohelo Mokotjo heeft hier ook een tijdje rondgelopen. Brentford mag dan nog geen rijke geschiedenis hebben in de Premier League, maar ze zijn hard bezig die de komende jaren te schrijven.
Neem de South Western Railway vanaf London Waterloo naar Kew Bridge Station, en binnen 5 minuten lopen sta je bij het stadion.

8. Millwall FC
Millwall FC, opgericht in 1885, is voetbal zonder opsmuk. Rauw, hard en onvervalst – deze club uit Zuid-Londen laat de ongefilterde kant van Engels voetbal zien. Ze spelen in The Den, een stadion met 20.000 plekken, waar de sfeer soms net zo intimiderend is als de tegenstander. De supporters, de “Millwall Bushwackers”, hebben een reputatie die ze graag in stand houden. De beroemde slogan “No one likes us, we don’t care” is hier niet zomaar een leus – het is een levenshouding. En eerlijk? Dit is niet de club waar je als uitfan per ongeluk in het verkeerde vak wil belanden.
Prijzen? Nee. Maar Millwall had zijn momenten. De club heeft nooit de Premier League gehaald, maar schopte het in 2004 wel tot de FA Cup-finale, waarmee ze zich zelfs plaatsten voor de UEFA Cup. Een unicum voor een ploeg die meestal in de Championship of League One bivakkeert. Wat Millwall mist in prijzen, maken ze goed in identiteit. Dit is een cultclub die weigert zichzelf te veranderen.
Bekende namen? Teddy Sheringham begon hier zijn carrière voordat hij een topspits werd bij Tottenham en Manchester United. Tim Cahill werd hier een held voordat hij bij Everton uitgroeide tot een Premier League-icoon. En voor de kenners in Nederland: Berry Powell, cultheld bij ADO Den Haag, heeft ooit het shirt van Millwall gedragen. Niet de meest glamoureuze club van Londen, maar wél een van de meest beruchte.
Neem de Jubilee Line naar South Bermondsey Station, en vanaf daar is het 5 minuten lopen naar het stadion.

9. Queens Park Rangers (QPR)
Queens Park Rangers, of gewoon QPR, is een club met een rijke historie die teruggaat tot 1882. Gevestigd in West-Londen, speelt de club in Loftus Road, een stadion dat met zijn 18.000 plekken misschien compact is, maar waar de sfeer vaak explosief is. Hier zit je als fan letterlijk op de huid van de spelers – een intiem onderonsje tussen tribune en grasmat.
QPR heeft een geschiedenis vol ups en downs. In de jaren ‘70 en ‘80 waren ze een serieuze kracht in het Engelse voetbal, met als hoogtepunt een tweede plaats in de First Division in 1976. In de jaren 2000 kreeg de club een glamoureuze injectie toen Formule 1-miljardairs Flavio Briatore en Bernie Ecclestone eigenaar werden. Veel aandacht, veel geld, maar vooral veel chaos. De club bleef onvoorspelbaar en dat maakt QPR vandaag de dag nog steeds een echte cultclub.
Op het veld hebben enkele grote namen hun stempel gedrukt. Stan Bowles was een van de meest flamboyante spelers uit de jaren ‘70, en Les Ferdinand knalde er in de jaren ‘90 doelpunt na doelpunt in. Adel Taarabt, de Marokkaanse magiër, gaf de club een nieuw gezicht met zijn absurd goede techniek. Wist je dat Vinnie Jones, de beruchte voetballer/acteur, hier zijn carrière afsloot? Over hem later meer! Ook langs de lijn zagen we bekende namen: Harry Redknapp zwaaide hier de scepter, en Jimmy Floyd Hasselbaink probeerde er als trainer wat van te maken.
QPR mag dan misschien niet de beste club van Londen zijn, maar het is zeker een van de bekendste. Loftus Road ligt vlak bij het centrum, dus makkelijk te bezoeken. Neem de Central Line naar White City Station of de Hammersmith & City Line naar Shepherd’s Bush Market, en je loopt binnen 5 minuten het stadion in.

10. Wimbledon FC (Milton Keynes Dons)
Wimbledon FC, opgericht in 1889, was ooit een van de meest geliefde cultclubs van Londen. Ze speelden in Plough Lane en stonden bekend om hun keiharde, no-nonsense voetbal en een chaotische maar extreem fanatieke aanhang. In de jaren ‘80 en ‘90 werd de club berucht onder de naam “The Crazy Gang” – een groep spelers die net zo goed een straatvechtersteam had kunnen zijn. Hun grootste stunt? De FA Cup-winst in 1988, toen ze het onverslaanbare Liverpool versloegen in de finale.
Maar toen kwam het drama. In 2004 werd de club verplaatst naar Milton Keynes, een stad 90 kilometer buiten Londen. Daar gingen ze verder als Milton Keynes Dons (MK Dons). Voor veel fans voelde dit als verraad, en daarom richtten ze hun eigen club op: AFC Wimbledon, een nieuw team dat de échte geest van het oude Wimbledon moest voortzetten.
En de spelers? Vinnie Jones is waarschijnlijk de bekendste. Niet alleen een keiharde voetballer, maar later ook acteur in films als Snatch en Lock, Stock & Two Smoking Barrels. John Fashanu, een van de sleutelspelers van de Crazy Gang, maakte hier ook naam. Zijn broer, Justin Fashanu, was de eerste openlijk homoseksuele profvoetballer, maar werd door het voetbalmilieu nooit echt geaccepteerd en kwam tragisch aan zijn einde.
Hoewel MK Dons nu zijn eigen pad volgt, blijft Wimbledon FC een cultklassieker in het Londense voetbal. Een club die herinnerd wordt om zijn onverschrokkenheid, rauwe strijdlust en de neiging om een sliding op kniehoogte in te zetten als het nodig was. Wil je de échte erfenis van Wimbledon ervaren? Dan moet je niet naar Milton Keynes, maar naar AFC Wimbledon. Neem de trein naar Wimbledon Station en je bent binnen no-time bij hun nieuwe Plough Lane.

11. Watford FC
Watford FC, officieel net buiten Londen, wordt vaak toch als een Londense club gezien. Ze spelen in Vicarage Road, een stadion met 22.200 plekken, waar de sfeer vaak verrassend goed is voor een club die meestal niet tot de top behoort. Watford is zo’n club die je altijd ergens in de Championship of de onderste regionen van de Premier League tegenkomt – te goed om weg te zakken, maar zelden een serieuze uitdager in de top.
En dan nu het leukste feitje over deze club: Sir Elton John – ja, de echte – is hun beroemdste fan én was zelfs twee keer eigenaar van de club. Hij groeide op als Watford-supporter en besloot zijn fortuin te gebruiken om de club eind jaren ‘70 een zetje te geven. En met succes: onder manager Graham Taylor klommen ze binnen vijf jaar van de Derde Divisie naar de First Division en werden ze in 1983 zelfs tweede achter Liverpool.
Watford heeft in de loop der jaren een paar grote spelers gehad. John Barnes begon hier zijn carrière voordat hij een ster werd bij Liverpool. Troy Deeney was jarenlang hét gezicht van de club, met een mix van kracht, passie en een grote mond. En de club had ook een voorliefde voor Nederlandse keepers: Michel Vorm, Heurelho Gomes (ex-PSV) en Maarten Stekelenburg zijn allemaal in verband gebracht met Watford.
Watford is misschien geen Londense grootmacht, maar de club heeft genoeg karakter om op je radar te staan. Neem de trein vanaf London Euston naar Watford High Street Station en je loopt in 10 minuten naar Vicarage Road.

12. Charlton Athletic
Charlton Athletic is een club met een rijke historie, maar speelt momenteel in League One, het derde niveau van Engeland. Hun thuisbasis, The Valley, ligt in Zuid-Londen en biedt plek aan 27.111 supporters. Dit stadion heeft een bijzondere geschiedenis, want tussen 1985 en 1992 werd Charlton gedwongen om ergens anders te spelen vanwege financiële problemen. Zo speelden ze onder andere hun thuiswedstrijden in Selhurst Park, het stadion van Crystal Palace.
De fans pikten dat niet en begonnen een felle campagne: “Back to The Valley”. Jarenlang voerden ze actie om hun club terug te krijgen op de plek waar het hoorde. En uiteindelijk? Ze wonnen. Sinds 1992 speelt Charlton weer op The Valley, en de band tussen club en supporters is daardoor sterker dan ooit.
Charlton had in de vroege jaren 2000 een sterke periode in de Premier League onder manager Alan Curbishley, waarin ze vaak rond de middenmoot eindigden. Daarna ging het mis en zakte de club af naar de lagere divisies. Grote namen? Scott Parker begon hier voordat hij naar Chelsea vertrok, en Darren Bent scoorde hier aan de lopende band voordat hij een Premier League-topscorer werd.
Charlton Athletic mag dan niet meer op het hoogste niveau spelen, maar de club heeft een trouwe aanhang en een stadion met karakter. Wil je een wedstrijd meepakken? Neem de trein vanaf London Bridge naar Charlton Station, en vanaf daar is het 5 minuten lopen naar The Valley.

De kleinere clubs uit Londen
Als je het tot hier hebt gered, dan is het misschien tijd om een afkickkliniek te overwegen. Want laten we eerlijk zijn: je bent net zo verslaafd aan voetbal als wij. Hier komen de kleinere clubs van Londen – de underdogs, cultclubs en vergeten parels.
13. Barnet FC
- Bijnaam: The Bees
- Competitie: National League
- Stadion: The Hive (6.500 zitplaatsen)
Klein, trouw en altijd vechtend voor hun plek in het Engelse voetbal. Maar Barnet heeft wél een uniek stukje Nederlandse historie: Edgar Davids werd in 2012 speler/coach bij de club. Zijn statistieken? 36 wedstrijden, 1 goal, 3 rode kaarten. Legendarisch.
14. Leyton Orient
- Competitie: League Two
- Stadion: Brisbane Road (9.271 zitplaatsen)
Authentiek, intiem en een club met een mooi verhaal: in 1995 kocht Barry Hearn de club voor 5 pond. Een koopje, zelfs voor een voetbalclub.
15. Sutton United
- Competitie: League Two
- Stadion: Gander Green Lane (5.013 zitplaatsen)
Bekend van de FA Cup-stunt in 2017 tegen Leeds United. Dit is zo’n club waar nog echt wordt geleefd voor de beker.
16. Bromley FC
- Competitie: National League
- Stadion: Hayes Lane (5.000 zitplaatsen)
Puur voetbal, geen poespas. En wist je dat Mitchel Bergkamp (ja, de zoon van) hier onlangs nog speelde?
17. Dagenham & Redbridge FC
- Competitie: National League
- Stadion: Victoria Road (6.078 zitplaatsen)
Ontstaan uit een fusie van fusies. Dagenham & Redbridge bestaat sinds 1992, maar is een cocktail van oude Londense clubs zoals Ilford, Leytonstone en Walthamstow Avenue.
18. Wealdstone FC
- Competitie: National League
- Stadion: Grosvenor Vale (4.085 plaatsen, waarvan maar 700 stoelen)
Ooit de eerste club die de non-League ‘double’ won (FA Trophy + National League in 1984-85), maar nét voordat automatische promotie werd ingevoerd. Sindsdien nooit meer in de Football League geraakt. Hard gelag.
19. Welling United
- Competitie: National League South
- Stadion: Park View Road (4.000 plaatsen)
Bekende spelers? Nick Pope stond hier onder de lat voordat hij naar Burnley en later Newcastle vertrok. En voor de kenners: Ibrahim Kargbo speelde hier ook. Als je weet wie dat is, respect.
Conclusie? Londen is niet alleen de stad van de grote Premier League-clubs, maar ook van de culthelden, de mislukte voetbalprojecten en de onverwoestbare underdogs. Wil je echt voetbal proeven? Pak een wedstrijd mee bij een van deze clubs. Maar wees gewaarschuwd: voor je het weet, ben je net zo verslaafd als wij.
Gek van voetbalstadions? Lees dan ook dit:
- Grootste voetbalstadions ter wereld
- Mooiste voetbalstadions ter wereld
- De lelijkste voetbalstadions ter wereld
- Deze voetbalclubs komen uit Madrid
- Deze voetbalclubs komen uit Lissabon
- Deze voetbalclubs komen uit Milaan
- Deze voetbalclubs komen uit Berlijn
- Deze voetbalclubs komen uit Sevilla
- Deze voetbalclubs komen uit Istanbul
- Deze voetbalclubs komen uit Antwerpen